een remming waarbij binnen het normale werkingsgebied van de inrichting, zowel gedurende het aantrekken als het lossen van de remmen: de bestuurder te allen tijde de remkracht kan vergroten of verkleinen door middel van het bedieningsorgaan; de remkracht in dezelfde zin verandert als die waarin het bedieningsorgaan wordt gehanteerd (monotone functie),en de remkracht gemakkelijk op voldoende nauwkeurige wijze kan worden geregeld